Het was ergens vorig jaar toen ik een bericht in de krant las dat me erg trof. In een klein onopvallend hoekje stonden een paar regels over dat ernstige auto ongeluk van een gezin. Vader, moeder en drie kinderen zaten in hun auto toen het ongeluk gebeurde. Beide ouders overleden door het ongeluk. Hun drie jonge kinderen bleven ongedeerd en alleen achter. Wat erg, ik werd er koud van.
Iedereen weet dat zoiets ergs kan gebeuren, maar niemand wil erover nadenken. Ik ook niet. Als je overal over na gaat denken kun je tenslotte geen stap meer zetten in het leven. Bovendien hebben wij mensen een soort overlevingsmechanisme door te denken dat de ergste dingen altijd bij iemand anders gebeuren en nooit bij onszelf. Er zijn mensen die het naïef vinden om zo te denken, maar ik vind dat er wel iets goeds in zit. Die houding maakt namelijk dat je meer onbevangen in het leven kunt staan. Zo lang het goed gaat, gaat het goed en ben je blij dat de ellende jou niet treft. Bovendien kan niemand zich echt voorbereiden op ernstige tegenslag omdat je pas weet hoe dat voelt als het zover is. Die harde levensles heb ik bijna twaalf jaar geleden al geleerd.
Ik had dus gewoon verder kunnen leven en het berichtje uit mijn hoofd kunnen zetten, maar dat lukte me niet. Het liet mij niet los en bleef in mijn hoofd malen. Drie jonge kinderen ineens zonder ouders. Wat ontzettend erg. Het zou hier ook kunnen gebeuren. Oké, ons sociale leven hangt niet aan elkaar van de feestjes maar toch komt het regelmatig voor dat Paul en ik samen in de auto zitten. Naar een gesprek op school of naar een arts. Of zoals afgelopen zaterdag naar een crematie in Eindhoven. Stel dat Paul en ik allebei zouden verongelukken en Daan en Gijs samen over zouden blijven. Wat zou er dan met hen gebeuren? Ik maakte me natuurlijk zorgen over allebei, maar vooral over Daan. Gijs zou, makkelijk, sociaal en lief als hij is, vast welkom zijn op een goede en warme plek. Dat vertrouwen kan ik nog wel hebben. En als hij een stuk ouder is redt hij zich zelf. Maar Daan? Wie zou er voor hem gaan zorgen? Hij is en blijft zo afhankelijk van anderen. Zou onze familie hem met de beste bedoelingen in de dichtstbijzijnde grote instelling plaatsen? Precies die plek waar wij hem van zijn lang zal ze leven niet willen hebben omdat dat mijlenver af staat van de goede en warme plek die wij voor ogen hebben? Deze gedachte liet mij maar niet los. De kwetsbaarheid van Daan legde zijn druk nog zwaarder dan anders en dat gaf me een onrustig gevoel. Ik besprak mijn zorgen met Paul die ze heel goed begreep. We besloten samen dat we dit serieus gingen aanpakken. We wilden de zorg voor onze jongens officieel regelen voor het geval ons iets zou gebeuren.
De volgende dag belde ik met onze notaris voor een afspraak. Die afspraak werd een bijzonder gesprek. Een notaris praat natuurlijk vaker over voogdij, maar niet vaak over de zorg en opvang voor een ernstig gehandicapt kind. Ik probeerde kort uit te leggen hoe de zorg voor Daan er uitziet. De notaris stelde voor om een voogd te benoemen die verantwoordelijk zou worden voor beide jongens. Voor Gijs tot eenentwintig jaar en voor Daan, ik moest even diep ademhalen, levenslang. Daarna vertelde ik de notaris dat ik niet wist hoe dat verder moest. Ik zou werkelijk niemand zou durven vragen om die zorg voor Daan volledig en levenslang over te nemen. Die impact zou zo immens groot zijn, dat zou ik niemand willen aandoen. Daarom besloten we dat we onze voogd zouden vragen om voor Daan op zoek te gaan naar een kleinschalige veilige warme plek. Een plek waar hij een menswaardig bestaan kan leiden.
En toen kwam het moeilijkste, we moesten op zoek. Natuurlijk moest onze voogd iemand zijn in wie wij allebei een groot vertrouwen hebben, maar we hadden nog meer eisen. Onze voogd zou moeten begrijpen welke zorg Daan nodig heeft en onze normen en waarden in de opvoeding van onze jongens moeten delen. Het leek een onmogelijke opgave om zo iemand te vinden. Toch is het gelukt en daar ben ik ontzettend blij mee. Ik mag wel zeggen dat we het heel goed geregeld hebben. Mochten Paul en ik overlijden dan verhuist onze voogd met haar gezin naar ons aangepaste huis zodat Daan nog thuis kan blijven. Gijs wordt in haar gezin opgenomen en voor Daan zal zij op zoek gaan naar een kleinschalige veilige warme plek waar hij een menswaardig bestaan kan leiden. Totdat die plek gevonden is blijft Daan thuis wonen en wordt ons huis niet verkocht.
Onze notarisakte met al deze afspraken ligt veilig opgeborgen. Natuurlijk hoop ik dat we die akte nooit nodig hebben. Toch ben ik blij dat hij er is. Het is voor mij een hele geruststelling te weten dat iemand anders naar Daan zal omkijken en voor zijn welzijn zal vechten als wij dat zelf niet meer kunnen...