"We hebben een knoop doorgehakt en nu zit 'ie in onze maag." Treffender kon Paul het deze week niet zeggen. Sinds we besloten hebben dat Daan niet meer thuis kan wonen zitten we in een emotionele achtbaan. Toch twijfelen we geen seconde over onze beslissing. De uiteindelijke vraag is of de zorg voor Daan ten koste mag gaan van vier levens en ons antwoord daarop is nee. Vier levens inderdaad, want als wij doorgaan tot we letterlijk niet meer kunnen we Daan niet meer geven wat hij nodig heeft. Dan komen we in de gevarenzone waarin het afschuwelijke woord "crisis" op een of andere manier verbonden zal worden aan ons mooie gezin. Crisisopvang, crisisplaatsing of crisisgezin. Dat nooit! Ik wil niet wachten tot een of andere hulpverlener tegen mij zegt "nou Jacomien, wordt het niet eens tijd dat....". Nee. Het is ons leven en wij bepalen voordat anderen dat doen. Daarom is onze beslissing goed en definitief, maar hij veroorzaakt tegelijkertijd ontzettend veel verdriet. Het is een innerlijke tweestrijd want het blijft dubbel. Zoveel van ons kind houden maar er toch voor kiezen dat hij niet veel langer bij ons blijft omdat het niet anders kan. Onze onmacht daarin is groot. Daan vraagt, Daan claimt en heeft ons vierentwintig uur per dag keihard nodig. Als ik hem verzorg kan het me ineens overvallen. Dan kijk ik naar hem en kan alleen maar denken "sorry vent, ik wil wel maar het lukt gewoon niet meer. Ik ben op." Dat maakt me zo verdrietig. Paul en ik zijn ondanks alles op het eerste gezicht nog best leuk opgedroogd, maar onze binnenkant voelt anders. Er doet letterlijk veel pijn. Schouders, nek, bekken en knieën. Krak en mikje noemen we onszelf spottend en zo oud zijn we nog niet eens. Bijna dertien jaar intensieve zorg is een slijtageslag, zowel geestelijk als lichamelijk. Ook voor Gijs zijn de gevolgen groot. Daan is zijn grote broer en hij houdt ontzettend veel van hem, maar door Daan komt Gijs altijd op de tweede plaats. Hoe zeer we ook ons best doen om dat te voorkomen, toch voelt hij dat. Gijs houdt van Daan, maar hij heeft ook last van hem. Daan trekt Gijs omver of knijpt hem als hij boos is. Daan is heel vaak boos, om niks wel te verstaan. Hij verdraagt weinig van zijn broertje. Dat maakt dat Gijs vaak niet zichzelf kan zijn. Niet gewoon kind kan zijn. Als hij iets vertelt, een liedje zingt of gewoon heerlijk met zijn boerderijspulletjes op de grond speelt gaat het al mis. Het is niet leuk als er dan een rolstoel tegen je aan rijdt. Het is niet leuk als je daarom nooit meer op de grond kunt zitten voor de televisie. Het is niet leuk als er op woensdagmiddag met slecht weer geen vriendjes kunnen komen spelen omdat dat in ons kleine huisje met Daan erbij gewoon niet werkt. Het is niet leuk als je niet gewoon je liedjes kunt zingen. Dus past Gijs zich aan. Altijd. Tot voor kort kon ik daar nog een zeker evenwicht in bewaren. Kon ik het nog naar Gijs en mezelf verantwoorden. Maar inmiddels niet meer. We zijn een grens voorbij. Gijs moet gewoon kind kunnen zijn en dat kan te vaak niet. Hij is een bijzonder wijs jongetje voor zijn leeftijd en heeft het direct door als er iets speelt. Dus wilden we open zijn en Gijs vertellen over onze beslissing dat Daan niet meer thuis kan wonen. Maar we wilden niet dat hij denkt dat het zijn schuld is of dat hij óók het huis uit moet als hij eens flink vervelend is. Daarom hielden we het positief. We waren alleen thuis met Gijs en zaten aan tafel. Paul en ik vertelden hem dat er voor Daan een plek is waar mensen beter voor hem kunnen zorgen dan papa en mama dat kunnen. Dat de mensen daar allemaal leuke dingen met Daan doen waardoor Daan weer blij wordt en niet zo vaak boos zoals thuis. "Nou" zei Gijs "dan wordt het hier mooi rustig". Hij liet zich van zijn stoel glijden en speelde vrolijk verder zoals kinderen dat kunnen. De volgende dag vroeg hij of hij Daans hoog-laag bed mocht hebben als Daan hier niet meer zou wonen. Verbluft keken Paul en ik elkaar aan, het leek Gijs allemaal weinig te doen. Maar langzamerhand verandert dat en merk ik dat hij begint te beseffen wat er gaat gebeuren. "Mama, als er misschien nog meer mensen komen helpen dan hoeft Daan niet ergen anders te wonen?" of "zullen we het Daan nog maar niet vertellen mam, daar wordt hij vast heel verdrietig van". Het zijn opmerkingen van mijn ventje waarvan me de tranen in de ogen springen. Toen Gijs vrijdag uit school kwam rennen en riep "mama het is vakantie!" vertelde ik hem dat Daan deze vakantie drie dagen gaat logeren op de zorgboerderij. "Papa heeft ook vrij om samen leuke dingen te doen. Zullen we dan naar het bos gaan want dat wilde je toch zo graag?" Gijs keek stralend naar me op en zei opgelucht "zonder Daan? Ja dat is wel leuker hè mam en veel makkelijker". Vijf jaar is hij. Maar ook Gijs heeft zijn innerlijke tweestrijd.