Tweestrijd

Pas geleden moest ik met Gijs naar de schoolarts. Ik had vooraf een formulier in moeten vullen met vragen over eventuele problemen met slapen en eten, over hoe Gijs sociaal functioneert en of hij vriendjes heeft. Dat vragenlijstje invullen voor Gijs was gewoon leuk want….. alles gaat goed! Het klinkt vast gek maar soms is dat voor mij nog erg onwennig. Dat komt doordat alle formulieren die ik voor Daan moet invullen per definitie over problemen gaan. Over wat er NIET goed gaat. Ik heb dat altijd naar gevonden want als je zelden of nooit kwijt kunt wat er wel goed gaat (ook al is dat misschien niet zo veel) is het moeilijk om toch de positieve dingen te blijven zien. En juist dat is nodig om op de been te blijven! Terug naar Gijs. Deze keer kon ik me dus lekker positief uitleven want onze Gijs gaat als een speer en zit uitstekend in zijn vel. Ik kruiste met een lekker gevoel het ene na het andere positieve vakje aan. Tot die laatste vraag: “Zijn er ingrijpende veranderingen in uw gezin of zullen die gaan plaatsvinden?” Hmm, ik twijfelde over het antwoord. Soms heb ik namelijk gewoon geen zin om weer over Daan te beginnen terwijl het over Gijs zou moeten gaan. Als ik iets over Daan zou opschrijven zou ik misschien wel onbedoeld een legertje extra hulpverleners binnenhalen. Pff, nou liever niet zeg! Ik dacht erover na. Dat Daan dit jaar uit huis gaat is ingrijpend, maar de juffen van Gijs weten het en de schooldirecteur ook. Zij bewaken zijn welzijn en functioneren op school. Dat leek me meer dan genoeg. Toch wilde ik wel eerlijk zijn dus schreef ik een heel korte regel op: “de ernstig meervoudig gehandicapte broer van Gijs zal dit jaar het huis uit gaan omdat wij de zorg voor hem niet meer vol kunnen houden.” Met een zucht schoof ik formulier het in een envelop. Niet leuk. Ging het toch weer over Daan… Op de dag van onze afspraak leverde ik mijn ingevulde vragenformulier in. Ik wist het, dat ene regeltje van mij was natuurlijk aanleiding voor vragen. Maar de schoolarts pakte het heel tactisch aan. Ze vroeg aan Gijs “wie wonen er allemaal bij jou in huis?” Gijs noemde ons allemaal op. “Oh heb je nog een grote broer? En is dat een leuke broer?” Eh nee…” zei Gijs zachtjes en een beetje benepen. Hij keek voorzichtig naar mij. “Vertel maar gewoon wat je wil zeggen hoor, dat mag echt” zei ik geruststellend tegen hem. “Waarom is hij dan geen leuke broer?” vroeg de arts. “Nou soms niet want als ik op de grond speel dan rijdt hij vaak tegen mij aan met zijn rolstoel of hij knijpt mij” zei Gijs zacht en ik zag tranen in zijn ogen. De arts keek schuin naar mij en ik knikte bevestigend dat het waar was wat hij zei. “En wat doe jij dan?” vroeg de arts. “Dan ga ik gauw naar mama” antwoordde Gijs met een opgeluchte lach. “Hartstikke goed van je” zei de arts en stak haar duim omhoog. Daarna keek ze naar mij. “Het enige advies dat ik voor je heb is om altijd je gevoel te volgen” zei ze vriendelijk. “Ik doe niet anders ” glimlachte ik. Daarmee rondden we het gesprek af. Gijs was er glansrijk doorheen gerold Enkele dagen na het gesprek bij de schoolarts zat ik met Gijs in de auto. Vanuit het niets kwam die opmerking vanaf de achterbank. “Zeg mam, als Daan straks niet meer thuis woont krijg ik het mooi lekker rustig! En dan kan ik ook veel vaker vriendjes bij mij laten spelen of kun jij mij naar mijn vriendjes brengen en daar ben ik zo blij mee!” Ik had geschokt kunnen zijn door zijn uitspraak of gekwetst. Maar dat was ik niet. Ik had het ook kunnen bagatelliseren, had kunnen zeggen dat het allemaal wel meevalt. Maar dat deed ik niet. Want wat Gijs zei was gewoon hartstikke waar. Daarom zei ik rustig “daar heb je helemaal gelijk in, dat vindt mama ook heel erg fijn voor jou.” En dat meende ik. Ik ben juist blij dat Gijs mij alles vertelt wat hij voelt, ook als hij denkt dat het pijnlijk voor mij kan zijn. En eerlijk gezegd is dat soms ook zo als het over Daan gaat. Maar ik neem hem altijd serieus als hij zegt hoe hij de invloed van Daan ervaart. Ik waardeer zijn eerlijkheid en zijn vertrouwen. En och, hij houdt toch zo veel van zijn grote vreemde broer. Want een paar dagen later had hij na het avondeten zomaar ineens tranen in zijn ogen. “Mam ik ben ineens een beetje verdrietig, want als Daan straks niet meer hier woont ga ik hem zo missen!” “Ach mannetje dat begrijp ik want dat gaan papa en mama ook doen. Maar weet je, Daan gaat het daar heel fijn vinden. Er zijn lieve mensen die heel goed voor hem zullen zorgen en we kunnen altijd bij hem op bezoek komen of hij kan een poosje thuis logeren. Papa en mama proberen te doen wat voor Daan het allerbeste is” zei ik. Gijs zei niets meer, maar ik kreeg een dikke knuffel. Daarna ging hij spelen alsof er niets was gebeurd. Ik merk het steeds vaker. Gijs heeft zijn eigen tweestrijd. Hij houdt veel van Daan maar hij realiseert zich ook dat het vertrek van zijn grote broer ook voor hem meer vrijheid zal betekenen. In bepaalde opzichten wordt zijn leventje makkelijker. Dat klinkt hard, maar zo is het wel. Daar is hij blij om en dat mag. Aan de andere kant heeft hij ook zijn moeilijke momenten. Ook die mogen er zijn. Ik heb er alle vertrouwen in dat Gijs er wel doorheen rolt. Ons begrip en onze steun zijn daarbij heel belangrijk. Gelukkig verwerken kleine kinderen ingrijpende en emotionele gebeurtenissen onbewust in kleine stapjes. En dat zijn nooit grotere stapjes dan ze op dat moment aankunnen. Ik zie dat ook bij Gijs. Wat een mooi natuurlijk proces is dat. En wat jammer dat het niet meer op die manier werkt als je groot bent….