Tom de beer

Gijs gaat sinds half mei naar school. Vorige week was Gijs een middag bij de oppas omdat ik laat thuis zou zijn. Toen zij hem terugbracht had Gijs zijn handen vol. In zijn ene hand hield hij een grote beer stevig vast. In zijn andere hand had hij een schattig koffertje met beertje Paddington er op. Hij liep er scheef van. Ik keek verbaasd. Had hij zomaar een cadeau gekregen? Maar ik kreeg geen kans om het hem te vragen. Gijs was al druk bezig om de beer zijn Paddington jasje uit te doen. Logisch, anders krijgt zo’n beer het natuurlijk veel te warm binnen. Gijs had duidelijk geen tijd voor lastige vragen van zijn moeder.

Ik besloot het Paddington koffertje van de beer maar eens open te maken. In het koffertje zaten twee schriftjes en een heleboel berenkleren. In het schriftje las ik dat de beer Tom heette. Er stonden verhalen in van kinderen uit de klas. Geschreven door hun vader of moeder. Het waren verhalen over de avonturen die de kinderen samen met de beer hadden beleefd in het weekend of in een schoolvakantie. Ah ik snapte het. Tom de beer was geen cadeautje, Tom was een heuse logeerbeer die bij elk kind uit de klas een paar keer komt logeren. En nu kwam Tom de beer dus een weekendje bij ons.

Ik vind het een slim idee, zo’n logeerbeer. Het is een leuke manier om de kinderen uit de klas beter te leren kennen. Want wij kennen nog niet veel gezinnen in dit dorp. Dat lijkt vreemd want we wonen hier toch al veertien jaar en we zijn geen antisociale mensen. Toch hebben wij in dat opzicht nog bijna niets opgebouwd. Dat komt doordat wij met Daan altijd het gewone leven misliepen. In dat gewone leven bouw je haast als vanzelf een netwerk op als je kinderen krijgt. Het begint voorzichtig met de peuterspeelzaal. Daarna krijgen je kinderen vriendjes op de basisschool. Daardoor leer je automatisch andere gezinnen kennen. Op de zwemles en de sportclub gebeurt hetzelfde. Er komen meer vriendjes bij en zo vormt zich langzaam een netwerk.

Met Daan hebben wij nooit zo’n netwerk op kunnen bouwen. Want Daan ging niet naar de peuterspeelzaal en de basisschool. Voor Daan was er geen zwemles en geen sportclub. Daan ging al vanaf jonge leeftijd naar het revalidatiecentrum, 18 kilometer verderop. Daan ging vanaf zijn vierde jaar met de taxi naar het speciaal onderwijs. Ook 18 kilometer verderop. Daan is verstandelijk beperkt. Daan kent geen andere kinderen in het dorp. Daan  kan door zijn verstandelijke beperking geen vriendschappen opbouwen. Daan heeft daardoor geen vriendjes. En wij kennen daardoor weinig gezinnen.

Met Gijs beginnen wij eigenlijk opnieuw. Door Gijs maken wij nu ook deel uit van het gewone leven. En ook voor ons zal er straks als vanzelf een netwerk ontstaan. Maar zover zijn we nog niet. Ik las verder in de schriftjes. Tom de beer had al veel meegemaakt. Ik las verhalen over familie-uitjes, logeerpartijtjes, uit eten gaan en zwemwedstrijden. Allemaal dingen die ik voor Gijs niet kon opschrijven. Het schrift confronteerde mij er weer mee dat onze weekenden er heel anders uitzien omdat we altijd rekening moeten houden met Daan.

Toch had Tom de beer een leuk weekend bij ons. Anders, maar leuk. Gijs was enorm trots op zijn nieuwe vriendje en zorgde uitstekend voor hem. Tom werd niet achteloos op een bank of stoel geslingerd maar mocht overal mee naar toe. Op zaterdag zat Tom op de keukentrap om samen met Gijs en papa te klussen. Tom mocht ook meehelpen in de tuin en in papa’s werkplaats. En op zondag reden we naar het bos om te wandelen. Die stoere Tom durfde best in onze grote rolstoelbus. In het bos reed Gijs op de loopfiets. Maar met een beer onder je arm is dat niet zo handig. Zoals altijd had Paul een oplossing. Tom werd netjes vastgemaakt aan de rolstoel van Daan. Ik maakte snel een foto.

Het was maandag. Tom moest weer terug naar school. Ik had hem nog snel een schoon truitje aangetrokken. Hij zat voor op mijn fiets in de rieten mand. Zijn koffertje paste er precies naast. De rugzak van Gijs niet meer. Veilig achter op mijn fiets hield Gijs die voor deze keer zelf op schoot. In het Paddington koffertje van Tom zaten de schriftjes met daarin nu ook ons weekendverhaal. Ik schreef dat Tom de beer veel had meegemaakt dit weekend. Hij zag waarschijnlijk voor het eerst in zijn berenleven een kind in een rolstoel. Maar hij vond het helemaal niet eng. Ik plakte er foto’s bij van Toms avonturen in ons gezin. Tom op de keukentrap, Tom aan het klussen en niet te vergeten Tom op Daans rolstoel.

De handicap van Daan heeft ook gevolgen voor Gijs. Toch willen wij Gijs een zo normaal mogelijke jeugd geven. Ons weekendverhaal in het schriftje van Tom de beer was mijn eerste stap richting de ouders van de kinderen uit zijn klas. Een eerste stap om te vertellen hoe ons gezin eruit ziet. Een eerste stap om te vertellen waarom de dingen bij ons anders gaan dan in een gezin met gezonde kinderen. Ik hoop op begrip. En op een rits vriendjes voor Gijs.